Steeds meer musea beginnen kritisch naar de herkomst van hun eigen, koloniale, collecties te kijken. Sinds de teruggave van voormalige koloniale collecties internationaal op de agenda werd gezet, zijn velen van mening geweest dat zich weinig tot geen koloniale roofbuit zou bevinden in Nederlandse musea. Ik denk echter dat we ons nog niet ten volle realiseren hoezeer alomtegenwoordig deze koloniale ‘last’ juist is – niet alleen in etnografische, maar zelfs in kunst- en cultuurhistorische musea als bijvoorbeeld het Rijksmuseum. Aan de hand van roofbuit uit de Lombokexpeditie van 1894 probeer ik dat hier aan te tonen.